De Egyptologie vertelt alles over geschiedenis, zeden en gewoonten van Egypte.
Tijdens onze reis naar Egypte hebben we meestal bezoeken gebracht aan de overblijfsels van het "Oude Egypte". Op de volgende bladzijden zullen we het dus alleen over het "Oude Egypte" hebben , d.w.z. de periode van 3000 v.C. tot 400 n.C.
De voornaamste wetenswaardigheden van het Oude Egypte worden in dit deel besproken. De Faraonische bouwkunst en sterrenkunde worden echter in aparte delen behandeld.
Commentaar bij recentere gebeurtenissen en bouwwerken, zoals bijvoorbeeld de Aswandam, vindt u in het reisverslag. De redding van Philae en Aboe Simbel worden in het deel "Faraonische bouwkunst" behandeld, bij de tempels.
Perioden van de Oude Egyptische geschiedenis
De "Oude Egyptische geschiedenis" wordt ingedeeld aan de hand van de regeringsperioden van de afzonderlijke koningen (farao's), dynastieën (koningen uit dezelfde familie) en "Rijken".
De "Rijken" (Oud-, Midden-, Nieuw-) zijn perioden van macht en praal met grootse bouwwerken. Nadat zij over hun hoogtepunt zijn volgt er telkens een periode van verval.
Perioden van verval worden "Tussentijden" genoemd.
Datering
De jaartallen zijn voor een deel omstreden en daarom vermelden we ze onder voorbehoud.
Vóór 664 v.C. is de chronologie van het oude Egypte vooral gebaseerd op koningslijsten. We kennen de volgorde van de koningen en het aantal jaren dat ze aan de macht waren. Een absolute datering was er niet omdat de Egyptenaren bij elke farao opnieuw begonnen te tellen. Dateringen uit het Oude Rijk kunnen gerust 100 jaar fout zijn.
Vanaf 664 v.C. is er wél een absolute datering, danzij vergelijkingspunten met de Perzische en Griekse geschiedenis.